Bart Jansen

Interview met Bart Jansen door Jaap Been (maart/april 1996)

Gedurende de oorlog woonde Bart Jansen op het vliegveld tussen de geparkeerde vliegtuigen. Als jongen van 15 jaar hoefde hij niet in Duitsland te werken zoals zoveel anderen van 18 jaar of ouder. Ook hoefde hij niet naar school vanwege de oorlogshandelingen en dus had hij alle tijd om het vliegveld en de vliegtuigen te bekijken. Toen de geallieerden de Rijn overstaken tijdens operatie Varsity op 24 maart 1945 steeg er elke twee minuten een vliegtuig op. Het interview is aangevuld met gegevens uit een fotoboek van oud Malden van Toon van der Cruijsen.

Waar woonde U destijds in Malden?
In 1945 waren er nog geen straten zoals nu. Ik woonde op de Heikant nummer E19A, nu de Heiweg 14. E1 was bij de schapenkuil, destijds de zinkput/gutgat/gootgat van de wasserij, nu het lage witte huis achter de manege. De plaats van de tenniskuil staat bekend als De Lier. De Lier was vroeger een boomgaard. Heumen was A, de Molenhoek was B, de Rijksweg was C, en de Broekkant was D.

Ons huis is zichtbaar rechts onder op de luchtfoto van het vliegveld. Er stonden zo’n 26 Tempests bij ons achter. We hadden geen last van het zand zoals de familie van der Cruijsen die op de Rijksweg C102 (nu 94) tegenover de Molen aan het begin van de startbaan woonde. Wel hadden we last van het warmdraaien van de motoren van de Tempests ‘s morgens vroeg om half vijf. Van de pas geplante sla plantjes waaiden de blaadjes weg. We hadden een speciale vergunning om te blijven wonen en mochten – als het vliegverkeer het toeliet – via de Heiweg over het vliegveld naar slagerij Bosman (nu Assurantiebedrijf Peters) of naar het dorp lopen.

Achter slagerij Bosman was bakkerij Geutjes (nu Jan van der Broek). Verder waren er nog bakker Ebben, bakker Poelen (waar nu de Pizzeria is), Willy Nillisen de kruidenier en een fietsenmaker waar nu de koelcombi is. De Molen, waarvan momenteel niet veel meer over is, is gebouwd in 1878 door J. Nillisen en is sinds de oorlog van de familie Thijssen. Voor de Molen stond café ‘De Molen’ momenteel café en zalen ‘De Molen’. Het huidige gemeentehuis is gebouwd in 1912 en sinds die tijd vele malen verbouwd. Rechts naast het gemeente huis, op de plaats van de aanbouw, woonde Windjes de timmerman.

De tabakszaak van Gommers was vroeger de slagerij van van de Grunt. Naast Gommers op grasveld voor de huidige kerk woonde Nul Gummers in het Tolhuis. Hier werd begin deze eeuw tol geheven omdat de wegen gemeentelijk eigendom waren. Direct naast het Tolhuis stond de kerk die dateert uit het jaar 1000. Na vele verbouwingen moest de kerk in 1960 wijken voor de huidige kerk die meer naar achteren gebouwd is. Bij de kruising van de Broekkant en de Rijksweg was de smederij van Jan Dennissen met daarnaast de rijwielhandel en kapper van H. van Wees. Aan de andere kant van de kruising bij het begin van de Boterdijk staat nog steeds het huis wat eens het café ‘De Kroon’ van de familie M. van Wees was. Men kon er na de oorlog tevens tanken.

Het Klooster Jeruzalem met de Mariaschool (huidige honk) is gebouwd in 1920 en afgebroken in 1968. Voor die tijd ging men naar de oude school, nu de schuur van Piet Sweerts aan de Broekkant 2. De enige nog in gebruik zijnde school uit die tijd is de St. Jozefschool. Deze in 1980 verbouwde school is gebouwd in 1933. Met het graven van het kanaal is men begonnen in 1920. Het was klaar in 1926. Het graven gebeurde deels met machines en deels met de schop. Veel mensen uit Malden vonden hier toen werk.

Voordat men met het kanaal begon is de Maldense brug aan de Taaiedijk (nu Blankenbergseweg) gemaakt. Deze brug is op 10 mei 1940 ‘s morgens vroeg om tien voor zes door Nederlandse militairen opgeblazen in een poging de inval van de Duitsers te stoppen. De brug is weer herbouwd in 1942 en op 17 september 1944 wederom opgeblazen, maar nu door de Amerikanen tijdens het veroveren van de brug . Alhoewel er geen Duitser meer was raakten ze tijdens het schieten een mijn die aan het begin van de brug lag om deze op te blazen (informatie: van der Cruijsen). In 1947 is de brug weer herbouwd en heeft er gelegen tot 1988. Toen is de brug vervangen door de huidige brug. Er zijn dus al 4 bruggen geweest (1926-1940, 1942-1944, 1947-1988 en 1988-nu).

Hoeveel huizen stonden er in Malden?
Dit zullen er zo’n 300 à 400 geweest zijn, gerekend vanaf het van der Valk motel in Molenhoek tot aan de Scheidingsweg. Er woonden zo’n 1000 à 1500 mensen.

Wie woonde er nog meer aan de Heikant, het gebied rond de huidige Heiweg?
1e huis Stef Jansen (nu Heiweg 14, verbouwd)
2e huis Jan Wienius (nu Heiweg 16, niet verbouwd)
3e huis Gerritje Willems (nu Heiweg 18, niet verbouwd)
4e huis Grad Meelis (nu Heiweg 20, niet verbouwd)
5e huis Wim Kersten (nu Heiweg 22, verbouwd)

Verder woonden er nog:
Fam. Toon Kroes *
Fam. Wim van der Broek *
Fam. Kosman
Fam. Paul Kloosterman
Gebr. Van der Wielen
Fam. Nol Schoock
Fam. Piet Groenen
Fam. Kerkhof
Fam. Dorus Peters *
Fam. Grad van Duijnhoven *
Fam. Cees van Dreumel
Fam. Antoon Theunissen *
Fam.Grad Jochems *
Fam. Gerrit Lamers
Fam. Kos van Dreumel *
Fam. Weduwe Gommers *
Fam. Hannes Willems *
Hannes Arts *
Fam. Piet van Hest
Fam. Wim Brouwer*
Fam. Wim van Loveren *
Dorus Willems (Dorus de Slachter)
Fam. Jan Gommers (groenteboer) *
Jan Gommers (Jan van Juppe Jan)
Fam. Grad Hermse (zoon Henk de autohandelaar)
Fam. Herman Straten (Marinus, Bart, Tinie)
Fam. Grad NijenhofMiek Hopman
Piet van Est

Hoe ver strekte het vliegveld zich uit?
Van de Molenwijk / de Heemtuin tot het laatste doel van Union. Ten zuidoosten van het vliegveld – waar nu de Heemtuin is – was een waterkuil en een woonwagenkamp bij een stuk bos genaamd ‘de Eikelenkamp’.

Waar was de ingang van het vliegveld?
Er was geen echte ingang. Er was een toegangsweg met slagboom die begon bij Hogenboom, nu het dubbele woonhuis van Piet Thijssen en de weduwe Arts zo’n 15 meter na de Molen. De weg liep langs de Eikelenkamp en kwam via de Witteweg bij Charlemagne weer op de rijksweg. Verder was de huidige Heiweg een toegangsweg. De weg was niet zo breed als nu maar al wel verhard. Ook kon je bij de Nissen-hutten – die her en der langs de Rijksweg stonden – bij het vliegveld komen.

Hoe is het vliegveld aangelegd?
Eerst werd met bulldozers ongeveer een meter zwarte grond afgegraven (1700 x 50 meter). De zwarte grond werd opgeslagen in de waterkuil bij de Eikelenkamp, in een kuil bij de Heikant, in een kuil bij het huidige sportcomplex ‘de Kluis’ en tussen de vliegtuigen (zichtbaar op de luchtfoto van het vliegveld).

Vervolgens werden er een stuk of 3 diepe kuilen gegraven voor wit (pap)zand ter vervanging van de zwarte grond. Deze kuilen bevonden zich bij de huidige Heiweg, het Unionveld / Bosweg en ten noorden van het vliegveld en werden gegraven door tractoren op rupsbanden met een graafschop er achter die leek op de schop van een dragline. De graafschop was kantelbaar en in hoogte verstelbaar d.m.v. wielen.

Kinderen zaten op de schop terwijl deze zich vol trok tot op 8 meter diep en een kuil maakte tot aan het grondwater. De kuilen werden later dichtgemaakt met puin / vuilnis. Nadat het witte zand geëgaliseerd was met een wals of bulldozer (?) werden er groene PSP platen opgelegd (Perforated Steel Planking). Deze waren voorzien van een soort bajonetsluiting, ze waren 40 x 250 cm groot, werden gebracht met trucks en vervolgens door veel luchtmacht personeel neergelegd.

De aanwezige 10 à 11 huizen werden d.m.v. een kabel die om het huis gespannen werd door een tank omver gehaald en de restanten gingen in de kuilen die voor het witte zand gegraven waren. Naast de baan lag een strook wit zand van 3 à 5 meter, zie de stippellijn op de tekening van de Engelse Genie. Deze strook werd d.m.v. een soort gierspuit met teer zwart gespoten. Naast de baan werd een taxibaan of autogierbaan aangelegd van PSP platen met hiernaast parkeerhavens voor de vliegtuigen. Deze waren gemaakt van gazen matten van een soort betonijzer van ongeveer 8 mm dik.

Ook de weg ten oosten van het vliegveld, vanaf de Molen via de Witte Weg naar Charlemagne was gemaakt van dit gaas. Dit was de z.g. gazenweg. Nadat de weg vlak gemaakt was werd deze voorzien van een laag Rubberoit op linnen en van matten van gaas die met behulp van pinnen werden verankerd. Op sommige plaatsen in de bocht van de Witte Weg kan dit Rubberoit nog steeds gevonden worden. Ook het gaas is nog op diverse plaatsen aanwezig, o.a. ter hoogte van de kuil aan de Bosweg.

De PSP platen zijn naderhand vaak door boeren gebruikt als afrastering etc. In het midden van de baan, op de witte plek op de luchtfoto uit 1949, stond een verkeerstoren. De brandstof voor de vliegtuigen werd gebracht met een tankwagen. Langs de bosrand bij de vliegtuigen, stonden de tenten voor het luchtmacht personeel.

Waarom had het vliegveld de naam ‘De Kluis’?
Ver voor de aanleg van het vliegveld, stond er een groot huis, het huis van de familie Hoenselaar. De namen van de kinderen waren: Hanne, Nel en Jan. De oude boom die voor het huis stond is nog terug te vinden bij het sportcomplex ‘de Kluis’ tussen de kerstbomen langs de rijksweg.

Welke huizen zijn er nog meer gesloopt?
In het algemeen die huizen die op het vliegveld tussen de taxibanen stonden. Hier woonden toen: Hannes Willems, Jo Arts, Koske van Dreumel, Wim Brouwer, vrouw van Loveren, Kaatje Gommers, Thunissen (bijnaam: de Rus), Jochems, Jan van Duynhoven, Dores van Gratje Peters, de Kroes en van de Broek.

Welke huizen uit die tijd staan er nu nog?
Die van Burghout, Jozef Groenen, Schook, Kosman, Jansen, Wienius, Willems, Meelis, Kersten, Herman Straten, J. Gommers, Niek Hopman, Dorus de Slachter, Juppe Jan en Piet van Hest.

Welke huizen zijn zichtbaar op de foto’s?
Ten noordwesten van het vliegveld het alleenstaand huis van Donker van de Broek (de vrijgezel en geluidstechnicus bij het toneel). Op foto van de Tempest: het huis van Jozef Groenen. Het is er nu nog, nabij de tennisvelden en zichtbaar vanaf de Rijksweg. Het huis van Jan Gommers, rechts onder. Het huis van Kees van Dreumel (oom van Piet).

Welke wegen van toen zijn er nu nog?
De Rijksweg, Witteweg, Bosweg, Heiweg, Lierseweg, Groesbeekseweg (Dorpse Steeg), Broekkant, Droogsestraat, Jufferstraat, Kloosterstraat (Steeg van Anne Rijnen), Boterdijk, Taaiendijk (Blankenbergseweg), Rijlaan.

Welke gebeurtenissen op het vliegveld kunt U zich nog herinneren?
Om te beginnen het vertrek Montgomery met een Dakota en van Prins Bernhard met een klein door hem zelf bestuurd vliegtuigje. De Prins arriveerde medio mei 1945 in Jeep bestuurd door een Sergeant. Ze stapten in bij de verkeerstoren op het midden van het vliegveld. Aanwezig waren: Tinie Straten (13), Bart Jansen (15) en onze Henk (13). Ik kan met niet herinneren dat Prins Bernard iets tegen ons zei. Eind maart 1945 lande er een groot zilverkleurig vliegtuig, een vliegend Ford of Boing B-17. Ome Grad kan zo mooi vertellen hoe ze als ratten uit de geschutskoepels kropen.

Een bijzondere gebeurtenis was de komst van de Gloster Meteoor straaljagers. Deze waren zo nieuw dat de soldaten er met het geweer in de aanslag naar toe gingen daar ze zich afvroegen of het wel een Amerikaans vliegtuig was. Op een dag gaf een van de vliegtuigen per abuis een mitrailleur salvo over de baan. Ook gebeurde het wel dat er een vliegtuig verongelukte op het vliegveld zoals toen met de ‘Klakkenbos’ of verkenner die dacht dat het zwartgemaakte strook zand langs de baan de baan was. Het vliegtuig eindigde rechtopstaand met de neus in het zand.

Van de 40 Tempests die opgestegen waren in de richting Arnhem kwamen er slechts 38 terug. Twee hiervan bleken ook nog eens pech te hebben. Een ging er op het einde van de baan op z’n neus staan en vloog in brand nabij de Kluis. Op het eind van de oorlog heeft er lange tijd een kapotte Spitfire op het vliegveld gestaan. Deze is toen nog gerepareerd door Wim Kersten. Met elke 10 Tempest of Typhoons ging er een rode neus mee. Dit was de squadron leider. Een bijzondere gebeurtenis was ook het verwijderen van de wieken van de Molen. Dit gebeurde na de eerste testvlucht omdat de Molen een gevaar was voor de stijgende en dalende vliegtuigen. De landrichting was afhankelijk van de windrichting maar meestal werd de baan van zuid naar noord gebruikt. Bij het overvliegen kwam het asfalt soms van de kap af.

Hoe kon U de Tempests en Typhoons uit elkaar houden?
De Typhoon had rond aflopende vleugels met daar onder raketten. De Tempest had afgeplatte vleugels met daar onder bommen. Beide onderscheiden zich van ander vliegtuigen, als bijvoorbeeld de Spitfire, doordat ze onder de neus een luchtinlaat hadden (knobbel).

Wanneer is het vliegveld opgeruimd?
Direct na de oorlog zijn de gebouwen, de platen, en het gaas opgeruimd. Het gebied werd pas weer bouwland omstreeks 1948/1949. Na de bevrijding is er , behalve het vliegtuig van Prins Bernard, geen vliegtuig meer geland of opgestegen. Nog steeds zijn er zaken die aan het oude vliegveld herinneren. Op sommige plaatsen zijn de PSP platen en het gaas nog te vinden en ook ligt er nog her en der munitie. Bij het vertrek van de geallieerden in april 1945 werd aan meester Alders van de St. Jozefschool en aan Wim Kersten gevraagd of ze mee wilden. Meester Alders – die op school zo mooi kon voorlezen – voor de opluistering, en Wim Kersten – die zo handig was met motoren – als monteur.

Wat weet U nog van de ‘Maldense parachutist’?
Dit betrof de jongen van van Alenbeek. Hij lande op 10 oktober 1943 op de Heikant met een spionage opdracht voor ‘Market-Garden’. Behalve 5 parachutisten kwamen er nog 5 containers naar beneden. De parachutes werden onder de mestvaalt verborgen en de papieren onder het pannendak van Herman Straten. Op een gegeven ogenblik kwamen er Duitse soldaten de parachutisten zoeken. Ze kwamen vanaf de molen en liepen in de richting van de seinpaal van het schietkamp. Ongelukkigerwijs viel er een Duitse soldaat over het touw van een parachute dat niet goed onder de mest vaalt lag. Meegenomen zijn toen: Herman Straten, Teetje Straten, Toos Straten, Piet Jacobs, Jan Gommers (Jan Tummel) en Marinus Straten. Marinus had ‘s middags toen hij thuis kwam nog hij bij wijze van grap gezegd dat hij dacht dat de organisatie TOD er aan kwam. Vanaf dat moment zijn er Duitse soldaten een dag en een nacht ingekwartierd geweest om de boel in de gaten te houden. Vrouw Straten kon nog net een spotprentje van Hitler in de kachel verbranden.

Wat weet U nog van Operatie Market-Garden met name van 17 september 1944?
Omstreeks half vijf ‘s middags op 17 september kwamen er Amerikanen uit de bossen. Vanaf dat moment hebben we, behalve krijgsgevangenen, geen Duitser meer gezien. Er stonden op 19 en 20 september veel geallieerde voertuigen geparkeerd op de Heiweg en langs de Rijksweg.

Wat weet U nog van Operatie Veritable (8 februari 1945)?
Van de ongeveer 1000 kanonnen die in de vroege morgen van 8 februari 1945 het Reichswald aan het beschieten waren stonden er zo’n 250 in Malden. Vier hele grote 250 ponders stonden ten zuiden van de Eikelenkamp ongeveer ten oosten waar nu de Randwijksingel en Molensingel bij elkaar komen. Ze schoten slechts een paar maal per uur en na het schieten konden we van de Heikant grote rookkringen zien opstijgen.

Algemeen
Op het einde van de Heiweg, aan de linkerkant, staan langs de Witte Weg Lariks bomen. Deze bomen zijn geplaatst in 1953 omdat het bos hier in 1945 t.b.v. het vliegveld gekapt was. Toen we in 1940 naar Brakenstein moesten vluchten stond het bos hier nog.

Onze Henk heeft ooit een telefoonlijn van z’n 10 meter naar het huis van ome Jan Wienius aangelegd. Deze telefoonlijn is toen door de Engelsen gevonden die de zaak niet vertrouwden en alles meenamen. Ik heb ooit een Lee-Enfield zonder grendel gekregen. Henk heeft hier toen een grendel ingemaakt maar ja toen moesten we hem inleveren. Ook kreeg ik ooit een afgedankte Stengun. Met behulp van een beukenhouten klosje met een spijker er in en een grote veer was hij nog wel bruikbaar. De lichtspoor munitie van een mitrailleur die we gebruikten heeft nog bijna de stal van onze buurman Jan Wienius in de brand gezet.